I want you to know but I don't want to tell you

Haar hemelsblauwe ogen waren half gesloten en vermoeidheid trok als een zware ziekte aan haar uitgeputte lijf. Met een diepe zucht liet ze zichzelf vallen in haar nest helemaal achterin, haar blik ging rond en ze keek naar de andere krijgers die ondertussen allang sliepen. Ze had besloten om nog een rondje langs de grenzen te gaan maar het was zwaarder dan ze had bedacht met haar verwondingen. Was ze nou maar gewoon een klein ommetje wezen maken inplaats de hele territorium rond te lopen. Haar klauwen groeven zich in haar nest toen haar wonden stekte en drukte haar kaken op elkaar. Het gevecht met haar zus stond nog als een litteken in haar hersenpan gegraveerd. Elke keer als ze haar ogen sloot zag ze hoe ze haar zusjes keel openscheurde. Daarom was de poes de laatste paar dagen sinds haar dood alleen maar druk bezig geweest met clantaken. Als ze druk bezig was gingen haar gedachtes niet naar de dood van haar zusje of naar Fire die maar steeds door haar hoofd bleef spoken. Na lang woelen in haar nest viel de deputy uiteindelijk in een onrustige slaap.


Haar ogen opende zich langzaam toen er geritsel klonk. Snel keek de rood gevlekte poes naar de uitgang en zag nog net de vacht van Firefly verdwijnen. Arcane hief haar kopje en staarde naar de uitgang. Na een tijdje stond de poes voorzichtig op en sloop de den uit. Haar pijnlijke poten droegen haar lichaam sloom vooruit maar toen ze Fire eenmaal zag zitten leek alsof haar lichaam een nieuwe vlaag energie kreeg. Haar wonden waren open gescheurd en begonnen te bloeden maar de poes kon haar gedachtes niet weg krijgen bij haar beste vriendin. Met voorzichtige passen stapte ze op de poes af, het gesprek met Leafstar speelde zich weer af en deputy opende haar mond. Ze moest Fire spreken. Haar hart klopte in haar keel en haar wonden brandde op haar huid. Wat moest ze zeggen? Wat moest ze doen? Ze had de poes niet meer gesproken sinds hun 'ruzie'. Snel klapte ze haar kaken op elkaar en draaide zich om. Ze kon het niet.. Fire had haar nog niet opgemerkt dus ze kon nog weg. Snel trippelde de deputy weg terug naar haar nest tot er iets onder haar poten knapte. Shit. Haar rossige oortjes gleden in haar nek en de poes draaide zich om. Het was onmogelijk dat Fire dit niet had gehoord, en ja hoor toen ze eenmaal haar richting opkeek keken haar hemelsblauwe ogen in die van haar..

Fire <3

Haar nachten waren de laatste tijd lang en haar dagen kort. Overdag haalde ze de gemiste slaap in en 's nachts draaide ze alleen maar om en kon ze de slaap niet vatten. Meestal ging ze buiten zitten en keek ze naar de hemel verlicht door sterren. Soms liep ze rondjes, vloekend en tierend omdat haar poot niet meedeed. En soms, heel soms ging ze op zoek naar vuurvliegjes en probeerde ze die te vangen als ze op de grond zaten en haar niet zagen. Ze opende haar grijze ogen en stond met een zachte zucht op. Weer een nacht zonder slaap. Ze draaide haar kop een keer naar de plek waar Arcanewish zou moeten liggen slapen voordat ze zich omdraaide en ze weer naar buiten liep. Ze hoopte dat Arcanewish haar niet had gezien, puur omdat ze niet wist wat ze moest zeggen. Zij was druk met deputy zaken. Zij was geliefd in de clan. Zij was belangrijk. Terwijl ze zelf alleen maar een blok aan iedereen hun poot was. Zwak. Mokkend ging ze een stuk van de den zitten terwijl ze haar ogen sloot. Waarom was ze zo jaloers? Waarom leek het  altijd alsof, wanneer ze aan iets anders dacht haar brein zijn hielen in het zand zetten en haar weer aan de nieuwe deputy liet denken?  De ijzeren geur van bloed trok haar aandacht maar ze draaide niet om. Ergens, in haar achterhoofd wist ze dat het Arcane was. Het was alsof, alleen van de geur van het bloed haar hart een slag oversloeg. Het was een vreemd gevoel, al helemaal terwijl het enige wat ze rook bloed was. Haar spieren spande zich langzaam aan klaar om met Arcane te praten als het zou moeten. Het geluid van een brekende tak trok weer haar aandacht, maar ze draaide niet om. De kat stond stil en Firefly draaide haar kop om om te kijken of haar hart gelijk had, of het echt Arcanewish was. Haar grijze ogen versmolten met die van haar. "Arcane." Haar stem was kil en emotieloos. Haar kop gaf een licht, bijna onzichtbaar knikje. Ze moest op haar manier laten voelen wat Arcanewish had gedaan. Hoe ze haar liet voelen. Ze wou weten waarom ze Lostheart had vermoord en het vanuit haar punt bekijken en ze zuchtte zachtjes, wachtend totdat Arcanewish sprak. Haar staart bewoog langzaam en ongeduldig heen en weer. Ze wilde antwoorden en wel nu meteen.

Arcanewish bleef een lange tijd verdwaald in de ogen van Fire kijken totdat de kleine poes haar uit haar gedachten trok. "Arcane." Was de emotieloze stem van Fire en Arcane wiebelde kort met haar oortjes. Snel schudde ze haar kop, haar gedachtes even ophelderen. De Deputy ging rechter staan en hees haar kin een stukje ophoog zodat ze een zelfvertrouwen en troste uitstraling had. De wonden op haar lijf deden pijn maar de gevlekte poes gaf geen kik. "Fire" Reageerde ze droogjes terug en keek haar vriendin aan. Haar puntje van staart zwiepte heen en weer terwijl ze Fire goed in der opnam. "Waarom nog zo laat op?" Vroeg ze met een opgeheven wenkbrauw en sloef haar nagels in de grond om haar emoties onder bedwang te houden.

-Flut van de flutters fluts

Arcanewish trok zich niets aan van simpele manier hoe Fire haar aansprak. Normaal gesproken zou het haar van binnen kapot vreten als Firefly voor de zoveelste keer haar rug naar toe keerde maar de gevlekte poes had haar emoties afgeschermd. Ze had een hoop andere dingen aan zijn kop en belangrijkere dingen te doen dan alleen maar het gezeik van haar vriendin aan te horen. Dus zo gezegd, zo gedaan. Met een zwiep van haar staart gaf ze een knikje en draaide zich om. De wonden op haar lijf spatte open toen ze zonder waarschuwing een beweging maakte en ze klemde haar kaken om het niet uit te schreeuwen. Tranen sprong in haar ogen toen het bloed weer over haar lijf heen drupte maar de deputy hield zich stil en stapte naar het kamp uitgang met haar oren in haar nek gedrukt.

Met haar oren in haar nek gedrukt stapte ze steeds veder weg van het kamp, Haar kaken had ze woedend op elkaar gedrukt en de kattin deed haar best om niet aan haar wonden te deken. Haar vermoeide poten voelde aan als zware blokken maar koppig bleef ze door stappen. Een grom glipte uit haar mondhoek toen Fire haar naam riep maar de rood gevlekte kattin negeerde haar. Het interesseerde haar niet meer wat Fire haar had te vertellen. "Arcane!" Fire's luide stem vulde haar oren en een diepe gegrom borrelde op in haar keel. Met een ruk draaide zich om en bloedspetters vlogen in het rond toen ze ineens ruw omdraaide. Haar ijsblauwe ogen waren gevuld met woede, verdriet en meerde emoties die ze zelf niet kon plaatsvinden maar het belangrijkste was dat haar ijskoude blik zich diep in die van Fire keek. "WAT!?" Haar scherpe reactie echode door het donkere woud en de kattin plantte haar nagels in de vochtige grond.

Haar samengeknepen ogen volgde de beweging van Fire toen ze ineen dook door haar onverwachte reactie. Arcanes nagels schraapte over de grond en liet lange en diepe strepen achter in de koude vochtige aarde terwijl het gegrom in haar borst luider werd. "Het spijt me, het spijt me-" Bleef Fire herhalen toen ze haar ogen weer opende en Arcane zwiepte kort met haar staart toen ze zag dat haar ogen zich vulde met tranen. Meteen werd ze omver geblazen met schuldgevoel en ze liet haar staart slap op de grond liggen. Haar oortjes bewogen zenuwachtig heen en weer toen een traan over haar vriendin's wang gleed. De deputy zuchtte en keek voor een paar seconde weg awel het voor wel generaties lang leek te duurde. Toen ze weer naar Fire keek zag ze de tranen van haar neus druppen en de gevlekte poes stapte op haar manke vriendin af toen ze merkte dat ze pijn kreeg in haar poot. Arcanewish sloot haar ogen en legde haar kin op de Fire's hoofd. "Ssshh" Suisde ze en blies een diepe zucht uit toen haar hart een slag over sloeg door het contact met Fire.

Arcane's snorharen trilde toen Fire haar kop in haar hals stak en haar vacht prikkelde, een warm gevoel vulde haar lijf en even vergat ze de pijn van haar wonden. "Sorry, het spijt me Arcane ik verkloot het altijd. Elke keer. Elke verdomde keer..." Mompelde de gevlekte poes maar Arcane onderbrak haar en krulde haar lange pluizige staart om Fire heen. "It doesn't matter now" Mompelde ze en gaf haar vriendin een kopje en hield daarna haar kop in haar nek.

Arcane kon wel uren zo zitten met Fire, alles vergeten om alleen haar hoofd bij haar vriendin te houden maar al snel word het moment gestoord toen Fire last kreeg en langzaam ging liggen. Arcane schoof wat opzij zodat ze genoeg ruimte had en sloeg haar staart om haar poten heen. Haar oortjes wiebelde en de deputy wou de lange stilte verbreken maar haar mond wou zich niet bewegen. Terwijl haar ijsblauwe ogen zich op Fire rustte luisterde de gevlekte poes naar de nachtgeluiden en snoof de koele lucht genietend op. Uiteindelijk gebaarde Fire dat Arcane moest gaan liggen en de kattin liet zich kreunend op de grond zakken. Haar vacht stond lichtjes overeind en haar ogen waren samengeknepen door de pijn die door haar lichaam stroomde, ze legde haar kop op de grond en blies een diepe en pijnlijke zucht uit terwijl ze haar ogen sloot.

"Gaat het?" Ze was half in slaapgevallen toen Fire haar soort va ontwaakte en snel opende ze haar ogen. Ze draaide haar kop en knikte met een waterige glimlach. "Ja het gaat" Reageerde ze en zwiepte een paar keer kort met haar staart.